Bereiding

• Vul een grote pan met water en breng aan de kook. Voor de witte kool bladeren zijn er twee manieren om de bladeren eenvoudig eraf te halen en te blancheren. De eerste is, snijd het hart aan de onderkant in de rondte eruit. De buitenste bladeren zitten nu in elk geval los. Als je geluk hebt kun je ze nu een voor een voorzichtig eraf halen zonder dat ze al te veel scheuren. Zo behoudt je de rest van de witte kool voor een andere keer.
  De andere methode is dat je het hart er ook uitsnijdt maar de kool in zijn geheel met het gat dat je hebt gesneden naar beneden, in de pan legt.
  Laat een paar minuten koken, zowel de losse bladeren als de hele kool en haal ze dan uit de pan.
• Voor de rijst fruit je de fijngesneden ui in een beetje zonnebloemolie. Voeg daarna de rijst toe. Roer goed door. Blus af met de wijn. En voeg na 2 minuten zoveel water als nodig is volgens de verpakking toe. Kook de rijst 15 minuten. Zet het vuur uit en laat de rijst dan nog 15 minuten rusten met de deksel erop.
• Bak de pijnboompitten even in een droge koekenpan lichtbruin.
  Snijd de verse kruiden fijn.
  Meng nu alles (behalve de wijn en de bouillon), inclusief flink wat zout en peper door de rijst.
• Vul elk koolblad met een flinke lepel rijst. Vouw de zijkanten naar binnen en rol dan op. Leg in een ovenschaal. Zorg ervoor dat je een ovenschaal kiest waarbij de 8 rollen goed tegen elkaar kunnen liggen. Vul dan de ovenschaal met de bouillon en de wijn. Dek af met aluminiumfolie en zet 40 minuten in de oven.